<----- Terug naar de Eeftinck Schattenkerk start pagina
<----- Terug naar de ouders Eeftinck Schattenkerk - Boers

Naar de genealogie Eeftinck Schattenkerk -----> opent in eigen venster


Mea Eeftinck Schattenkerk




  • Kitty (ook wel gespeld Kithij of Kethij) Amelia Wendelina (of zoals hier misspeld Windelina) (roepnaam: Mea) Eeftinck Schattenkerk werd geboren op 3 juli 1877 te Padang (Westkust Sumatra) als dochter van van het echtpaar Eeftinck Schattenkerk - Boers.

  • Haar vader was arts en vestigde zich dat jaar in Padang na zijn baan als civiel geneesheer in Bandoeng verloren te hebben.


  • Zij had twee oudere broertjes te weten George (1871-1878), Robbert(* 1874) en een 1 jaar ouder zusje, Anna.
  • Haar ouders scheiden toen ze 4 jaar was en haar vader stierf een jaar later.
  • Het gezin verhuisde uiteindelijk naar Pasoeroean aan de kust ten zuiden van Soerabaja, waar haar moeder als pensionhoudster in het levensonderhoud van het gezin voorzag.
  • Zoals al vermeld bij haar moeder was er sprake van vergulde armoede in die periode. Mijn overgrootmoeder vertelde dat ze heel af en toe als extreem luxe traktatie een klein blikje zoete gecondenseerde melk kreeg die ze dan langzaam oplepelde. Aan de andere kant ging ze wel paardrijden en ging om met jongeren van stand. Verder weet ik weinig van haar jeugd.



  • Zij was pas 18 jaar toen ze ten huwelijk gevraagd werd door de 26-jarige Jan Pieter Hees, destijds employee van de relatief kleine suikerfabriek (afgekort sf) Pradjekan (Prajekan) in oost Java. Hij was in 1888 op instigatie van zijn oom, de invloedrijke notaris de Riemer uit Batavia, naar Indië gekomen. Ze twijfelde hevig. Alhoewel degelijk en niet onsympathiek vond zij hem wat te grof en saai voor haar smaak.
  • Door haar moeder werd met succes druk op haar uitgeoefend om het aanzoek te accepteren. Hij werd gezien als een goede partij en bovendien scheelde het een mond om te voeden. Zo geschiedde. Het huwelijk vond plaats op 12 december 1896 in Bondowoso. Op 8 september 1899 werd te Pradjekan mijn grootmoeder Mathilde Elisabeth (Thilde) geboren. In 1901 ging Hees werken bij de suikerfabriek Gending waar op 13 juni 1901 hun zoon Robbert Theophile (Rob) werd geboren.


  •  



    Advertentie 17 november 1896 ,Jan Pieter Hees en Mea met dochter Thilde.
       
    
    Foto's: (1) Thilde met pijl en boog; (2) Thilde en Rob op stoel; (3) Thilde rechts naast pony met vriendin.

    Kaart: Noord-oost Java ; Links Probolinggo (hoofdplaats van gelijknamig regentschap) en Gending, rechts Prajekan en Bodowoso.




    Kaart: Kanigoro bij Madioen ten zuidwesten van Soerabaja.
  • In 1904 ging Jan Pieter Hees werken als tuinemployee bij sf Kanigoro nabij Madioen. Daar ontmoette hij Henri (Hein) Jarman als collega op sf Kanigoro. Hein was in 1872 in Madioen geboren als zoon van Jacobus Louis Jarman, resident van Probolinggo en Jeanne Severijn, een nichtje van de moeder van Hees, Johanna de Riemer. Hein en Jan Pieter waren dus achterneven. Ze zullen zeker ook sociaal contact gehad hebben.


  • Het bloed stroomt waar het niet gaan mocht. Mea raakte hartstochtelijk verliefd op Hein en wilde haar leven voortaan met hem delen. Het moet een zware beslissing geweest zijn omdat bij verlating door de vrouw de kinderen, anders dan nu gebruikelijk, aan de vader werden toebedeeld. Mea zette ondanks haar onbetwiste liefde voor haar kinderen en tegen de wens van Jan Pieter toch door. De scheiding vond plaats op 25 juni 1908 in Madioen. Mea (32) was 12 jaar gehuwd geweest met Hees.




  • Kaart verstuurd op 13 october 1907 door Hein Jarman aan zijn Amelia als mevr. Hees - Eeftinck Schattenkerk per adres in Soerabaja (dus niet meer bij Hees). Mogelijke verklaring: Een verwijzing naar een huwelijk in Holland in 1909.


    
         
        Kaart: Tjiawi regentschap Tasikmalaja.
    
  • Het paar Jarman-E.S. vertrok rond1909, naar het regentschap Tasimalaja ten zuidoosten van Bandoeng waar Hein administrateur werd van een suikerriet-bibit onderneming te Tjiawi met de naam "Maatschappij tot exploitatie suikerfabriek Redjoagoeng " (bij Soekapoera). Suikerrietbibit zijn de toppen van het suikerriet, die gebruikt worden als pootgoed voor nieuw suikerriet. Op 21 april 1909 trouwden Mea en Hein in Soekapoera, Tasikmalaja.

  • Foto: (1) Huis met Jarman.Circa 1912.   (2) Het echtpaar Jarman - ES met de kleine Lou
  • Op 22 januari 1910 beviel Mea aldaar van een zoon Louis Jan (Lou) Jarman.
  • In de loop van 1913 keerde het paar terug naar Madioen waar Hein administrateur werd van de koffie en Kina onderneming Dilem, onderdeel van de cultuurmaatschappij Pangoengsari. Het bedrijf omvatte 239 bouws (171 HA).
  • Ze gingen met Lou ging in december 1914 kort op verlof naar Nederland en keerde in februari 1915 terug naar Indië.
  • Hein werd na terugkomst van verlof in 1915 administrateur van de hele cultuurmaatschappij Pangoengsari. Dit omvatte 11 locaties met in totaal 2538 bouws (1815 HA) bouwgrond. Alles Koffie en Kina.

  • Foto: 1914 op de heenreis; idem in de dierentuin van Genua.


    Foto's: Bezoek en uitje met mogelijk Mea's broer Robbert en zijn Javaanse relatie.


                          
    

    De vrouw in het midden van de zwembadfoto is mij onbekend. Gezien de leeftijd van Lou is het rond 1915

    Mea, Hein, Lou, Mea met haar 3 kinderen; Hein in de Kinatuin achter het huis en op de veranda.



  • Hees vertrok in 1913 naar Tjimahi iets ten noord-westen van Bandoeng waar hij tuinemployee werd bij een bibitplanter. Had dat te maken met de terugkomst van Jarman naar Madioen ?
  • Eind dat jaar was hij in Bandoeng aanwezig bij het huwelijk van zijn nicht Mien de Riemer. Was het daar dat hij Jans de Riemer na lange tijd weer ontmoette ? Of hielp ze hem al vanaf de scheiding bij de opvoeding van zijn kinderen? In ieder geval trouwde hij in 1914 met Jans (Tante Jans voor mijn grootmoeder, Oti = Oudtante voor mijn moeder). Uit dit huwelijk werden geen kinderen geboren. Het echtpaar woonde aan de Grote Postweg in Tjimahi. Jans heeft Thilde en Rob Hees liefdevol begeleid naar volwassenheid. Hees stond een goede relatie tussen de kinderen en zijn Ex Mea niet in de weg. Maar Jans kon haar niet uitstaan!!

    Foto: Bandoeng november 1913. Jans de Riemer en Jan Pieter Hees. Diner ter gelegenheid van het huwelijk van Mien de Riemer met Victor Van Stein van Hensbroek.


  • In Tjimahi was een grote legerplaats. Zo kwam het dat planterdochter en onderwijzeres Thilde Hees mijn grootvader de KNIL officier Karel de Jongh ontmoette en verliefd op hem werd. Ze trouwden er in augustus 1919.

    Kort daarop ging het echtpaar naar Nederland waar Karel een verdere militaire opleiding kreeg. Tijdens deze periode werden twee kinderen geboren mijn moeder Netty (geb. 1920) en Coen (geb. 1921).

    Foto: Augustus 1919 omstreeks het huwelijk De Jongh- Hees in Tjimahi. Het bruidspaar zit voor het huis van bruidegom Karel en zijn broer Coen die mijnbouwingenieur was. Staand: Coen, zus Ies Geldorp - de Jongh en Mea moeder van de bruid.


  • Hein Jarman was lid van de gewestelijke raad te Madioen.
  • Mea werd rond 1920 benoemd tot commissaris van de Madioensche kunstkring. Het is bekend dat zij kunstzinnig en muzikaal was. Ze speelde goed piano.


  • Hein Jarman overleed op 15 april 1921, 49 jaar oud te Soerabaja.

  • Mea was toen pas 43 jaar en redelijk vermogend alhoewel Jarman in 1917, volgens familie overlevering nogal wat verloren had aan Russische aandelen.

  • Hein Jarman eerst rij tweede van links.


          
    Jacobus Louis Jarman (1870-1936)
  • Mea vestigt zich augustus 1921 in Nederland waar ze in Den Haag tijdelijk onderdak vond in het huis van Louis Jarman de broer van Hein op de Ieplaan 38 in den Haag. In Juli 1922 verhuisde ze naar de Haagse Kepplerstraat 176.
  • In die tijd heeft ze uiteraard contact gehad met haar tijdelijk in Nederland verblijvende dochter en haar jonge gezinnetje en vermoedelijk ook met haar zuster Anna die met haar gezin als sinds 1916 in Nederland woonde.(Foto rechts: Eind 1922. Mea met haar oudste kleinkind Netty vlak voordat het gezin De Jongh-Hees weer terugging naar Indië. )
  • In juni 1925 verhuisde ze naar de Van Beuningen straat 54.
  • Omstreeks die tijd werd Elise de dochter van haar broer Robbert en een Javaanse vrouw geboren. Mea was daarvan op de hoogte. (3)


  • Begin 1923 keerden Karel en Thilde met hun twee kinderen terug naar Indië waar ze kort in Tjimahi werden gestationeerd Daarna volgde een overplaatsing naar Celebes die 3 jaar zou duren. Thilde beviel er van dochter Els (geb. 1924).

    Foto: 1923. Thilde de Jongh- Hees met Coen resp. Netty (mijn moeder). Opa Jan Pieter Hees kijk toe achter het raam van zijn huis in Bandoeng.



  •    
    (1) Mea en Lou mogelijk 1925 ; (2) Lou 1927 ; (3) Mea en Lou 1929

      
    (1) Lou en Mea en mogelijk Lou Jarman sr; (2) Mea op terrasje.

  • In augustus 1926 werd Lou Jarman (16 jaar) aangenomen voor de vierjarige opleiding voor de zeedienst in Den Helder. In september 1930 werd hij benoemd tot luitenant ter zee 3de klasse en direct geplaatst in Soerabaja waar hij in augustus 1932 bij de onderzeedienst terecht kwam.
  • Begin januari 1930 was haar zuster Anna omgekomen bij een familiedrama dat te maken had met de economische crisis van die tijd.  ( Meer... )
  • Dat moet een hele klap voor Mea geweest zijn alhoewel er geen bevestiging is b.v. in de vorm van foto's dat zij veel contact had met haar zuster.
  • Het kan haast niet anders dat ook Mea in die tijd een aanzienlijk deel van het in aandelen belegde vermogen van Jarman verloor.
  • In oktober 1931 verhuisde zij naar de Danckerstraat in Den Haag.

  • In 1926 keerde Karel de Jongh met zijn gezin terug van Celebes naar de generale staf in Tjimahi bij Bandoeng. Het gezin breide verder uit met de komst van Rob (geb. 1926) en Loek (geb. 1928). Natuurlijk is er in die tijd weer veel contact met het echtpaar Hees-de Riemer.
  • In 1929 ging het gezin met verlof naar Nederland. Ze keerden in maart 1930 terug.
  • In 1931 vestigden ze zich definitief in Nederland waar mijn grootvader leraar wiskunde op Tijmstra's HBS in de Haagse Sweelinckstraat werd.
  • Ze woonden tijdelijk in de Voltastraat en in 1932 kochten ze een huis in de Vogelbuurt op de Kwikstaartlaan 15.
  • Mea verhuisde in juli 1930 naar de [Onleesbaar]straat 61 in Den Haag.

  • Foto: Mea met het gezin de Jongh-Hees in 1931 in Den Haag






  • Rob Hees, die in de eerste lichting van de TH Bandoeng als civiel ingenieur afstudeerde trouwde in januari 1928 met Erna Jasper, dochter uit het gezin Jasper- Appel. Vader Jasper was resident van Jogjakarta. Zij kregen twee kinderen Johan Theophile (Joh) eind 1928 en Mathilda Alida (Tilly/zusje) in 1930.
  • Erna overleed al in 1931 aan tbc. De kinderen gingen in eerste instantie bij hun opa Hees en Oti Jans wonen.
  • Omdat kleine Joh met zijn gezondheid sukkelde en Rob Hees geen vertrouwen meer had in de medische stand in Indië, wilde hij zijn kinderen in Europa laten onderzoeken. Hij vertrok in juni 1932 met hen naar Genua waar Mea zich erbij voegde, waarna ze samen naar naar Arosa in Zwitserland reisden. Hier had Rob voor een jaar een gemeubileerd appartement gehuurd.

  • Foto's: 1927/28 Rob en Erna ; 1932/33: Rob Hees , Mea, Tilly en Joh in Zwitserland.
  • In juli 1933 kwam Rob terug in Indië en zijn kinderen trokken weer in bij Opa Hees en Oti. Mea ging tijdelijk bij haar dochter in de Haagse Kwikstaartlaan wonen waar zij formeel al vanaf juni 1932 ingeschreven stond.
  • Hees had een eigen bibitplantage in Tjimahi en deed aanvankelijk goede zaken maar in 1932 is zijn onderneming failliet gegaan. De concurrentie van suikerriet-zaadfabrikanten en de slechte economische situatie in de jaren dertig deden hem de das om. Ook zijn pensioen was aangetast. Nog enige tijd daarna werkte hij als tuinemployee en hij verhuisde van Tjimahi naar een kleiner huis  te Bandoeng. Hij begon met zijn gezondheid te sukkelen en werd in 1933 in het ziekenhuis opgenomen in verband met nierproblemen.



  • (1) Het huisje van Hees en Oti, Sumatrastraat 5                 (2) Hees met Tilly op schoot, Rob, Oti met Joh op schoot.




  • Begin 1934 werd Lou Jarman overgeplaatst van Soerabaja naar Amsterdam. Vermoedelijk om hem te logeren te kunnen hebben verhuisde Mea in maart 1934 van het huis van haar dochter naar de Goudsbloemlaan 143. In september van dat jaar verhuisde ze naar de Thorbeckelaan.
  • In juni van dat jaar trouwde Lou met Wil Ferwerda, dochter van vlootvoogd H. Ferwerda. Wil beviel in 1935 van zoon Han. In mei 1936 vertrokken ze naar Soerabaja waar in 1938 dochter Joke geboren werd.


  •  
    Foto's lnr: (1) Karel de Jongh in strandkleding met vrouw Thilde, mijn moeder Netty; Wil en Mea, Zittend: Coen, Els, Lou, Rob;(2) Verloving Lou en Wil in 1932(3) Wil, Mea, Lou en baby Han

  • Mea verhuisde in mei 1935 naar de Rietzangerlaan 6, bewoond door de familie Bueno. Guus Bueno was een collega van schoonzoon Karel de Jongh. Mea raakte bevriend met de inwonende moeder van Bueno , mevrouw Annie Estveld (geb. 1887)
  • Haar broer Robbert overleed waarschijnlijk dat jaar en laat zijn in 1933 ge-echte dochter Elise achter. ( Meer... ) Uit niets blijkt dat zij hiervan op de hoogte was. (*3)


  • Als in 1937 Rob Hees overgeplaatst word naar de civieltechnische dienst in Makassar Celebes, ver weg van Bandoeng, maakt hij zich ernstig zorgen over de opvoeding van zijn kinderen bij het oudere echtpaar en de slechter wordende gezondheid van zijn vader. Hij besloot om ze, tot groot verdriet van vader en tante Jans, naar het gezin van zijn zuster ,mijn grootouders de Jongh-Hees in Nederland te sturen. Die waren in april 1937 van de Kwikstaartlaan naar een groot huis op de 1ste Sweelinckstraat 42 in Den Haag verhuist tegenover Tijmstra's HBS waar Karel leraar is. Ze hielden er een soort internaat voor jongens wiens ouders in het buitenland waren. De kinderen van Rob vertrokken onder begeleiding richting Europa. Oma Mea Jarman haalde ze op in Genua en bracht ze naar het huis van haar dochter en ging er zelf ook wonen.

  • Jan Pieter Hees overleed kort daarna op 1 september 1937 op 67 jarige leeftijd. Jans bleef in Indië wonen, samen met haar zuster Guus. Vanwege hun leeftijd hebben zij in de oorlog niet in een kamp gezeten. Zij kwam in 1958 samen met haar zusters Guus en Mien naar Nederland waar ze te Zwolle-Kerspel in een Indisch bejaardenhuis terecht kwamen. Joh Hees die in 1954 naar Canada geëmigreerd was ontmoette haar pas weer in 1962, 25 jaar na hun afscheid in Indië. Ik heb Oti daar twee keer ontmoet. Ze is in 1973 overleden.

  • Afscheid van Oti; Joh en Tilly voor het huis in de Sweelinckstraat.


    Dan volgden de donkere jaren van de 2de wereldoorlog



    In Mei 1940 vielen de Duitsers Nederland binnen en werd het contact met Nederlands Indië zo goed als verbroken.

    Foto links: Mea trachtte ten dele in haar levensonderhoud te voorzien door het geven van Pianolessen.

    Foto rechts v.l.n.r. achterste rij: Joh Hees, Thilde de Jongh-Hees, Mea Jarman-ES; voorste rij: Tilly Hees en Coen de Jongh.


  • In de zomer van 1940 kreeg kleindochter Tilly Hees leukemie en overleed in het Haagse Juliana ziekenhuis.

  • Mea's twee zonen Rob en Lou met zijn gezin woonden nog korte tijd in een vrij Indië .

    Foto: Kerstmis 1940. Een laatste foto van Rob samen met Lou, Wil en hun kinderen Han en Joke.


  • In December 1941 brak ook in Indië de oorlog uit. Mea's jongste zoon ,Lou Jarman werd als luitenant ter zee 1ste klasse ingezet als commandant van de onderzeeboot Hr.Ms. K XVI. De boot maakte deel uit van de geallieerde strijdmacht die de Japanse invasie van het toenmalig Nederlands-Indië moest verhinderen. Nadat de onderzeeboot van 1000 ton de Japanse onderzeebootjager Sagiri in de nacht van 24 op 25 december 1941 tot zinken wist te brengen, ging het marinevaartuig de volgende ochtend zelf ten onder na een torpedoaanval van de Japanse onderzeeboot I-66 in de Zuid-Chinese Zee. Niemand van de 36 koppige bemanning overleefde het. (Voor meer informatie zie o.a. het boek "JA HET MOEST" door T. Froma. ISBN 90-733304-54-7) Lou werd postuum de onderscheiding van de Bronzen leeuw toegekend. Een schrale troost voor zijn nabestaanden. De K XVI is in oktober 2011, 70 jaar na zijn ondergang, door duikers nabij Borneo gevonden. Zie verder

  • Toen op 9 maart 1942 Nederlands Indië capituleerde kwam zijn vrouw Wil met haar kinderen in een interneringskamp.

  • Mea's andere zoon, Rob Hees was op 25 maart 1942 met een motorboot uitgeweken naar Australië. Daar werd hij door het hoofdkwartier van de Nederlandse strijdkrachten in Melbourne benoemd tot reserve 1e luitenant genie en kreeg hij, mede op eigen voorstel, opdracht om met een ploeg per prauw een verkenningsmissie, bekend als "Party Lion", op Celebes uit te voeren. Door verraad van zijn gewezen mandoer, waarvan hij dacht dat die te vertrouwen was, vielen ze in handen van de Japanners en op 14 september 1942 werd Rob, samen met 5 anderen, in het openbaar onthoofd. Ook aan hem werd postuum de onderscheiding van de Bronzen leeuw toegekend. Zie verder


    Foto's: Eind 1943. Els met Matty; Mea met de baby's; Netty met Thilly. Mea is hier 66 jaar. Ze toont sterk veroudert ten opzichte van foto's uit 1940.
  • Onbekend met het lot van haar twee zonen genoot Mea van enig familiegeluk. Kleindochters Netty en Els de Jongh die eind 1942 getrouwd waren met respectievelijk Guus de Bie en Johan van der Bruggen bevielen eind 1943 van haar eerste achterkleinkinderen te weten mijn zuster Thilly de Bie en nicht Matty van der Bruggen. Ikzelf volgde in voorjaar 1945. Ze werd voor hen O'oma (oud oma) Jarman.


  • Haar oudste kleinzoon en mijn oom Jan Coenraad (Coen) de Jongh (geb. 7 september 1921), eindexamen kandidaat van de Hogere Textielschool te Enschede in 1944 werd op 23 juni van dat jaar aldaar opgepakt door de bezetter op beschuldiging lid te zijn van meerdere ondergrondse organisaties. Hij werd op 18 juli naar het verzamelkamp Vught gebracht, vandaar in september naar werkkamp Sachsenhausen, mid november naar Neuengamme (buitenkamp Meppen-Versen) en tenslotte naar Bergen Belsen waar hij op 13 februari 1945 overleed (*4) Zijn naam komt net als die van zijn ooms Rob Hees en Lou Jarman voor op de Erelijst van Gevallenen 1940-1945 in het gebouw van de 2de kamer.

  • Door het ontbreken van nieuws leerde Mea en haar familie in Nederland pas eind 1945 begin 1946 van deze gebeurtenissen en hun rampzalige afloop.


  • In het voorjaar van 1946 kwam Wil de vrouw van Lou met haar twee kinderen, Han en Joke aan in een ontredderd Nederland.



  • Mea keerde in januari 1946 samen met het gezin De Jongh-Hees terug naar hun huis Kwikstaartlaan 15 dat vanaf 1941 onbewoond was geweest vanwege het door de bezetter ingestelde Spergebied. Er was veel werk te doen. Alles wat bruikbaar was in 1944/45 zoals vloerplanken was er uitgesloopt.

  • 1949. Het noodlot sloeg opnieuw toe  in de familie. Kleindochter Els de Jongh overleed in juli 1949 plotseling en liet haar man met inmiddels 3 kinderen (Matty, John en Lia) achter. Weduwnaar Johan van der Bruggen hertrouwde snel maar helaas was de relatie van stiefmoeder met de kinderen niet goed wat een grote zorg was voor de familie.

  • In april 1950 moesten mijn grootouder met de jongelui inmiddels uit huis in verband met de woningnood verhuizen naar een kleinere woning. Een oplossing werd gevonden door een ruil met de familie Bueno waar Mea tot 1937 in huis was geweest en die van 1937 tot 1941 hun huis op de Kwikstaartlaan gehuurd hadden. Mijn opa heeft toen bedongen dat zijn schoonmoeder Mea er mocht blijven wonen en in de kost gaan. Bueno's moeder en vriendin van Mea, mevr. van Estveld woonde daar ook. Mijn grootouders verhuisden naar Bueno's eenvoudige en relatief kleine bovenwoning op de Thomsonlaan 216. Ze bleven er tot het eind van hun leven wonen.

  • Mea werd in die tijd steeds vergeetachtiger en warrig en was uiteindelijk in 1962 volledig dement. Het is achteraf moeilijk vast te stellen wanneer dit proces was begonnen. Maar ik (geb. 1945) kan me haar niet anders herinneren.

    Foto's (gemaakt door mij oud 15 jaar): 1960. O'oma Jarman met mijn babybroertje Michiel de Bie (geb augustus 1959), respectievelijk bij het verlaten van de woning van het gezin De Bie- De Jongh.


  • 1962. Thilde die de opname van haar "Moesje" in een verpleeghuis zo lang mogelijk tegengehouden had gaf haar verzet op. Het verpleeghuis was eerst in de Johan van Oldebarneveltlaan 15 gevestigd en is in november 1963 naar de Prins Hendrikstraat 39 verhuist. Mea stierf er op 10 februari 1966, 93 jaar oud. Ze overleefde haar dochter met twee jaar.



                                  
                              
                              Mea werd bijgezet in het familie graf op Oud Eik en Duinen In Den Haag.
                              Hier waren eerder al twee van haar kleindochters en haar eigen dochter
                              begraven. Later kwam achterkleindochter Matty erbij en in 2008 mijn moeder. 
    



    Naschrift
    Mea was volgens familie-informatie intelligent, avontuurlijk, kunstzinnig, levendig, lichtvoetig en romantisch ingesteld. Ze hield van gezelschap en uitgaan en gaf makkelijk geld uit. Dat laatste kan een reactie op haar sobere jeugd geweest zijn. Bekend voorbeeld van haar extravagantie is dat ze als een van de eerste in de twintiger jaren per vliegtuig naar Parijs ging.

    Het weglopen met Jarman heeft haar reputatie geen goed gedaan heeft. Zo schrijft Karel de Jongh in 1919 voor zijn huwelijk in een brief aan zijn zwager Paul Geldorp, echtgenoot van zijn zus Ies in Kediri, of hij hem over mevrouw Jarman en haar echtgenoot wil inlichten en of hij zijn aanstaande vrouw, die dol is op haar "Moesje", maar het beste van haar weg moest houden. Het antwoord ken ik niet maar het weghouden is in ieder geval niet gelukt. Zijn houding ten opzichte van zijn schoonmoeder is door de jaren kritisch gebleven.

    De tweede vrouw van Hees, zijn nicht Jans de Riemer was een bron van negatief sentiment ten opzichte van Mea. Haar naam mocht niet worden uitgesproken in huize Hees en ze was ook niet uitgenodigd voor het diner ter ere van het huwelijk van haar dochter Thilde waar nota bene wel de halve familie de Riemer aanwezig was. Het zal ook wel geen toeval zijn dat er geen foto's overgebleven zijn van Mea met Jan Pieter. Afgezien dat het scherpe oordeel van Jans in de moraal van die tijd gezien moet worden was ze waarschijnlijk gewoon jaloers. Zij had immers zelf geen kinderen en verlangde er erg naar gezien de mate waarin ze zich had aan Rob en Thilde en later aan de inwonende kinderen van Rob hechtte. Wat ook niet hielp was dat Hees nog steeds gevoelens had voor Mea. Volgens mijn moeder had hij een portret van haar op zijn werkkamer en noemde haar "mijn Prinsesje". Konden ze geen kinderen krijgen of was haar relatie met Hees platonisch ?. Wat het nog moeilijker gemaakt zal hebben voor Jans is dat Jarman zakelijk aanzienlijk succesvoller was gebleken dan Hees.

    Ik vind het jammer dat ik mijn overgrootmoeder door haar vroege dementie, nooit echt gekend heb.

    Noten:
  • (*1) Een deel van de informatie stamt uit de Indische adresboeken. Een vermelding is minimaal het jaar daarvoor opgegeven daar heb ik standaard voor gecorrigeerd. Lastiger is dat een vermelding soms ten onrechte langere tijd bleef staan als een wijziging niet doorgegeven werd.
  • (*2) Henri Jarman wordt in het Nederlands Patriciaat nr 13 theeplanter genoemd maar ik heb dat niet kunnen bevestigen.
  • (*3) In klad aantekeningen over Robbert E.S. van mijn in familiegeschiedenis geïnteresseerde oom Rob de Jongh gemaakt word melding gemaakt van een half Javaans dochtertje (geen naam) Zijn bron is zonder twijfel zijn grootmoeder Mea die in hetzelfde huis woonde.
  • (*4) Ik verzoek ieder die nader informatie heeft over mijn bovengenoemde oom Coen de Jongh in de periode zomer 1944- februari 1945 om dit te met mij te delen.



  • <<< Terug <<<



    Behoort bij de genealogische homepage van Henk de Bie: hdebie45.deds.nl/Genea