Bron: FAW


Gedicht uit 1806 met rouwrand van G. Wijng(...) ter troost bij het overlijden van een kindje. Gezien de gevonden plaats (brievenverzameling de Jongh in het FAW) en het jaartal 1806 is het zeer waarschijnlijk naar aanleiding van het overlijden van de baby Daniel (* 9-5-1805 R'dam en + 25-5-1806 aldaar) derde kind van Erdwin A. de Jongh en Theodora Jordens.
Verklaring: Seraf of Serafijn : Engel van de hoogste orde.

	
1	Invallende gedacgten
	bij het overlijden van een
	kindje
	
5	Teder bloempje pas ontloken
     lieve telg des oudermin
	nog voor weinig, weinig dagen
	al de vreugd van 't huisgezin.
	Kon ik, aig wie kon 't ook denken
10	toen 'k u zoo aenminnig zag
	dat de blos dier malsche koontjes
	  die er als een roos op lag
	voor de doodwet zou verbleken.
	  O, verbazend oogenblik.
15	 Weinig zonnekringen telt ge
	  tot aen uwen jongsten snik.
	Aig, beminlijks teeder wigtjen
	  waarom met een arendsvlugt
	aen dit stergewest ontweken,
20	  boven wolken boven lucht.
	Korte vreugd nu smert den oudren
	 bronwel van den bangsten druk.
	 Zijt ge dan tot ramp geboren
	 of bestemd voor waar geluk ?
25	                                 Waarom
	
	Waarom op deze aerd verschenen ?
	Korte vreugd en lang verdriet.
	Neen, tot weedom schiep de Algoedheid
30	zelfs het kleinste wormpje niet.
	IJdel vragen ! O het waerom
	van Gods daden, 't is gewis
	dat het waerom al dier daden
	enkel liefde en goedheid is.
35	'T geen ons hier waer rozen schijnen
	 zijn soms doorns van verdriet
	 Neen het waerom van Gods daden
	 voegt den broozen sterfling niet
	'T geen wij hier vaek rampen heten
40	   heeft verborgen zegen in.
	 'T eeuwig zorgend Alvermogen
	  schikt ons lot met vadermin
	Droogt dan ouders ! Droogt de tranen
	  van uw weenende oogen af.
45	  Serafijnen wiegen 't kindjen
	  en bewaken 't kleine graf.
	Eenmaal daegt de jongste morgen
	  en die blijde morgen naekt
	 dat de Seraf die het grafjen
50	  van uw lieveling bewaakt
	
	op den eersten wenk van God
	't stof verengeld wekken zal
	 en zijn blijde siter, paren
60	 aen het eeuwig lofgeschal.
	Juicht dan vrolijk in de vreugde
	die hij reeds uw kindjen biedt.
	Wedervinden zult ge uw liefling.
	Ziet de hoop daegt in 't verschiet.
65	
	Uijt gevoel en acgting G.Wijng. 1806
	
	




		




Naar documenten index

<<< Terug <<<


hdebie45.deds.nl/Genea