Bron: FAW



Reisjournaal beginnende 14 maart1805 in Düsseldorff en eindigend op 8 april van dat jaar in Rotterdam. Het gaat over een reisje langs de Rijn tot Mainz en terug via Kassel met  het openbaar vervoer van die tijd, postkoetsen. Ten westen van de Rijn zijn er Franse vazalstaten net zo als  Nederland waar sinds 1798 de Bataafsche republiek regeert. Napoleon heeft zich in december 1804 tot keizer gekroond. De Duitse keizer Frans II is nu ook Keizer van Oostenrijk geworden. 

Kaart uit 1877 .Bron: "De Bosatlas"

De schrijver van het  journaal, dat gevonden is tussen brieven van de familie de Jongh, is niet bekend. Ik denk dat het Anna Maria (Mietje)  de Jongh is, ondanks dat haar handschrift zoals wij dat kennen uit latere brieven niet hetzelfde lijkt, of anders iemand uit het reisgezelschap waar zij deel van uit maakte.  De 22 jarige Mietje  was in mei van het vorige jaar weduwe geworden en logeerde eind 1804 in Düsseldorff bij haar schoonouders de familie van Oven. Het reisje was mogelijk bedoeld als afsluiting na een periode van rouw waarna ze terugkeerde naar haar ouderlijk huis in Rotterdam. Het journaal beslaat 16 met een klein maar regelmatig en doorgaans goed leesbaar handschrift geschreven bladzijden gevouwen in globaal A5 formaat. Het is opvallend dat de beschrijving  beperkt is tot feitelijkheden en er nauwelijks referentie gemaakt word naar reisgezel(len) behalve het veelvuldig gebruik van het woord wij en 1 keer het woord  "ma" (regel 81) dat mogelijk op schoonmoeder van Oven slaat. Dat bij terugkomst in Düsseldorff enkele dagen niet beschreven zijn waarna het Journaal weer aanvangt bij de reis naar Rotterdam wijst op een vast adres, b.v. het huis van de familie van Oven, aldaar. 

Anna Maria de Jongh

De transcriptie is eind jaren 80 door mijn oudste dochter Tanja, toen nog VWO leerling gemaakt en door mij in 2005 nog eens doorgenomen, van aantekeningen voorzien en voor internet bewerkt.

Nummers in de linker marge verwijzen naar regelnummers van de brontekst of indien tussen [ ] naar voetnoten. Ook de blz. nrs zijn door mij toegevoegd.



	                                                                      blz. 1
1	Reis journaal 1805
	
	14 maart 's morgens 9 uren per extra post
	van Dusseldorff vertrokken ten 10 ½ ariveerde
5	wij te Benrath waar wij het keurvorstelijk slot
[1]	bezigtigden 't welk des somers door de Hertog
	bewoond word. De apartementen van laatstgenoem-
	de  zijn zeer schoon, zoo wel als die van de Hertogin.
	De vloeren zijn alle different ingelegd. Door de
10	komst van den Hertog wierden wij in 't bezigtigen
	van het slot gestoord zoo dat wij het zelve maar
	gedeeltelijk konden zien. De tuinen zijn in een
	mooie smaak aangelegd en van het slot heeft
	men een zeer heerlijk gezigt op den Rhijn. Te 11 uuren
15	reeden wij weder af en kwamen te 1 uuren te 
	Upladen, een klein dorpje. Zeer aangenaam
	gesitueerd. Hier hielden we het middagmaal en
	reeden te 2 uuren weer af.  ½ voor 4 waaren wij
	te Mulheim een zeer zindelijk en welbebouwde
20	stad waar wij ons niet ophielden. Vervolgens pas-
	seerde wij Deutz alwaar ons rijtuig bleef, waar-
	na wij met de gierbrug over den Rhijn gingen.
	Aan de overzijde wierd door de comiesen ons coffer
	gevisiteerd. Ook wierd hier na onze pas gevraagd,
25	welke wij van 't stadhuis moesten terug laten
	halen. Deutz ligt vlak tegenover Keulen
	waar wij omtrent te ½ 6 waaren. Wij namen 
	onzen intrek in 't logement "De Heilige Geest".
	Na thee gedronken te hebben deden wij een
30	
	                                                                      blz. 2
[2]	wandeling door de stad en zagen de Domkerk van
	buiten, zijnde het te donker om er in te gaan. Het
	is een verbazend groot gebouw van een zeer antique
35	bouworder. De stad is zeer groot doch luguber
	slegt bestraat en bestaat voor 't grootste gedeelte
	uit ouderwetse huizen. Maar daarentegen is
	de ligging aan den Rhijn overheerlijk. Na gesou-
	peerd te hebben begaven wij ons ter rust. Den
40	15 vertrokken wij morgens ten 4 uuren met
	de diligence op Coblentz. Te 6 uuren
	waren wij te Wes(se)ling en omtrent 8 uuren 
	te Bonn alwaar (we) onze pas moesten vertoonen.
	Te 10 uuren te Gerlesberg en te 12 uuren
45	te Remage waar wij een zeer slegt diné hadden.
	Te 1 uuren reeden wij weder van daar, passeerde
	vervolgens Zinzig en waren te 4 uuren te
	Opdeproel en te ½ 6 te Andernach. Van
	Keulen tot Bonn is alles vlak land waar
50	men geen enkele boom ziet, doch van
	de laatst genoemde plaats tot Andernach
	reid men tusschen hoogen bergen om rotsen
	meestal met den wijnstok beplant aan den
	voet, van welke den Rhijn voortvloeid. Hier
55	heeft men de schoonste gezigten. Te ½ 9 waaren
	wij te Coblenz waar wij onze pas weeder
	moesten vertoonen. Wij namen onze intrek
	in 't logement "die Golden Apfel" waar
	wij het vrij slegt hadden. De stad is iets
60	
	                                                                      blz. 3
	beter bebouwd als Keulen. Aan den Rhijn ligt
	een schoon slot toebehoord hebbende aan den
	Keurvorst van Trier. Den
65	14 gingen wij ½ voor 10 uuren per extra post van
	Coblenz en passeerde den Rhijn met de Gierbrug 
	zijnde aan geen van beide de zijde gevisiteerd.
	Ook werd niet na onze pas gevraagd. Vlak over
	Coblenz ligt het dal van Ehrenbreitstein en
70	het fort van dezelfde naam is op ontzettend
	steile rots gebouwd. Het gezigt van beiden
	kanten van den Rhijn hier is verrukkend. Te 
	11 uuren waren wij te La(h)nstein waar wij met
	een pont over de La(h)n moesten, zijnde een arm
75	van den Rhijn.   ½ over 12 bevonden wij ons te
	Blauberg een armoedig plaatsje dog in een
	aangenaam dal gelegen. Van alle kanten
	zeer hoogen bergen omringd. Hier hielden 
	wij een vrij goed middagmaal en reeden ½
80	over 1 weeder af. Vervolgens kregen wij een
	zeer slegte weg zoo dat ma reeds eenige teide
	op 't punt van omvallen geweest te zijn wij 
	het besluit  namen om van de wagen te
	gaan als de paarden tot over den buik in
85	de modder zakten en zelfs zoo dat het Rijtuig
	vast zat en de paarden beide neervielen. Geluk-
	kig dat wij slegts een 1/4 gaans van Nastede
	af waren, daar wij die nagt blijven zoude. Na
	dat de voerman de paarden afgespannen en
90	met veel moeite uit de modder getrokken
	
	                                                                      blz. 4
	had wandelde wij na de genoemde plaats en
	zonden direct twee paarden ter hulp dog zon-
95	der  vangt, also het rijtuig als in de modder be-
	graven was en met geen 4 paerden er weder
	uit te krijgen was. Wij lieten dus ons coffer
	door twee mannen haalen, moetende het 
	rijtuig tot den volgende morgen op de weg
100	blijven staan. Wij logeerde te Nastede in 't
	Posthuis. Zondag den
	17 vertrokken wij 's morgens 7 uuren van hier per
	extra post en waren te ½ 11 te Kemel. Tot hier
	hier toe was de weg zeer slegt, dog vervolgens
105	kwamen wij op de chaussée en bevonden ons ¼
	over 12 te Schwalbach waar wij dineerde. Dit
	stadje is vrij matig gebouwd en ligt in een aan-
	genaame valley tusschen bergen van een ont-
	zettende hoogte. Wij hielden ons hier ½ uur
110	langer op om een dezelven te beklimmen. Ook
	gingen wij nog even in de Roomsche kerk.
	¼ voor 2 uuren reeden wij weer af en kwamen
	te 4 uuren te Wiesbaden. Een vrij goede stad.
	In 't logement daar wij ½ uur stil waren ont-
115	moete wij een Hollander, zijnde de baron
	van Nooden die ons direct aansprak toen hij
	vernam dat wij landgenoten waren . Te ½
	6 bevonden wij ons te Mainz Cassel een kleine
	plaats aan den Rhijn geleegen van waar men
120	een allerschoonste gezigt op de schuins tegenover
	
 	                                                                      blz. 5
	liggende stad Maintz. heeft. Wij logeerde hier in
	"De stad Frankfort" en hadden het er zeer na ons 
125	genoegen. De weg van Coblentz tot Wi(e)sbaden is
	zeer fraai en frappeerde vooral iemand die nooit
	een bergagtig land  gezien heeft. Alles wat zich hier
	aan het oog voordoet is enkeld natuur. Men
	heeft gestaadig verandering van gezigten die alle
130	even verukkend zijn. Den
	18 gingen wij 's morgens vroegtijdig een wandeling
	door Maintz doen. Wij hadden omtrent ½ uur
	noodig om de schipbrug over te gaan, welke op
	47 schuiten rust, zijnde de Rhijn hier zeer breed.
135	Op het midden der brug heeft men een heerlijk
	uitgestrekt gezigt en Maintz over 't geheel ge-
	noomen is een zeer goede stad. Doet zich aan de 
	rivier kant bijzonder wel voor. Ook liggen in de 
	nabijheid van de stad zeer hooge bergen. Er zijn
140	hier veel groote gebouwen waarvan de meeste 
	door de Fransche geocupeerd worden. Het
	Arsenal aan den Rhijn geleegen is vooral zeer
	groot en van en reguliere bouworde. 'T ½ 12
	vertrokken wij van Cassel met de diligence die
145	extra goed is,  zijnde altijd een conducteur op
	dezelve om de order te bewaren en tevens te
	zorgen dat de postillons zich niet langer
	dat volstrekt noodig is ophouden. Het is een rij-
	tuig voor 9 passagiers en het is niet geoorloofd 
150	er op te rooken, Ter Hadersheim waar men ver-
	sche paarden krijgt waren wij ¼ voor 2 uuren
	en te ½ 5 te Frankfort. Hier stapten wij
	
	                                                                      blz. 6
160	af in 't logement "Das Engelische Hofe" 't welk het
	voornaamste is en voor een paleis kan gehouden
	worden. Wij waren er bij uitneemenheid na ons
	genoegen, dog het is er enorm duur.  Na thee
	gedronken te hebben gingen wij om 6 uuren
165	na de comedie 't welk een fraai en ruim ge-
	bouw is en veel overeenkomst met (de) Amsterdamsche
	Stadsschouwburg heeft voor zoo ver het binnenste
	van het gebouw betreft.  Dog het toneel is iets
	kleinder. Er zijn 4 loges boven elkander. De 
170	plaatsen in 't parterre, waar wij zaten, kosten
[3]	11-12 Kroutzers. Het was er dien avond zeer vol,
	zijnde het de eerste representatie van "Rinaldo
	der Räuber Hauptman" 't geen vrij wel uit-
	gevoerd wierd. Te 9 uuren ging de comedie
175	uit. Den
	19 en 20 bragten wij den tijd door met binnen en
	buiten de stad te wandelen. De environs zijn
	heerlijk en leveren zeer aangenaam wandel-
	wegen op langs welke een meenigte buiten-
180	plaatsen en tuinen liggen. Er zijn hier in den
	omtrek ook veel wijnbergen dog niet zeer
	nabij de stad zoodat wij er niet heen konden
	wandelen. Frankfort is een groote wel
	bebouwde, vrolijke en vrij zindelijke plaats.
185	er zijn veel ruime pleinen en een aantal
	breede straten waaronder de Zeilstraat
	uitmunt, die bijna alleen uit schoone groote
	huizen bestaat. Er is hier voor een vreemdeling
	weinig aanmerkenwaardigs te zien als
190	
	                                                                      blz. 7
	alleen de groote zaal op 't stadhuis waar eertijds
	de krooning des keizers plaats had daar wij niet
	wisten dat die zaal slegts des morgens van 9 tot 
195	12 uuren te zien is. Zo kwamen wij tot ons leedwe-
	zen voor een gesloten deur. De luxe hier in Frankfort
	is zeer groot en rijke equipages ziet men in mee-
	nigte. Over de Main ligt een breede steene brug   
	waarmede men in de zoogenaemde voorstad komt,
200	welke vrij groot is. Ons plan was eerst om met
	de dilligence op Hesse Cassel te gaan, maar daar
	wij vernamen dat dezelve zeer slegt en geduurende
	den winter 3 ½ dag onderweg is en in den zomer
	nagt en dag doorreisd, zo resolveerde wij (de) extra 
205	post te neemen te meer daar zich in ons loge-
	ment een dame bevond die na Petersburg
	moest waarmee wij partij maakte om te-
	zamen na Cassel te reizen. Donderdag den
	21 vertrokken wij 's morgens ½ 8 van Frankfort
210	en waren te ½ 11 te Niederwalschstad en te ½ 
	12 te Erlangen alwaar wij dineerden. In de
	nabijheid van deese plaats zijn veel salines
	of zout raffinaderijen die gansch anders
	zijn als de zoutkeeten in Holland. Wij konden
215	deeze salines niet nauwkeurig bezigtigen
	dewijl wij er er slegts voorbij reeden en geen tijd
	hadden om ons hier op te houden . Tussschen
	Erlangen en Gutespach was de weg zoo slegt
	dat wij tweemaal uit het rijtuig moesten.
220	Gelukkig dat wij de tweede keer een wagen
	voor ons zaagen die zoo wel als de onze in de
	klei vast zat want nu waren wij door weder
	
	                                                                      blz. 8
225	zijdsche hulp spoedig  weer in staat gesteld om onze 
	reis voor te zetten. De lui die met ons in de dezelfde
	teegenspoed gedeeld hadden bevielen ons zoo wel dat
	wij kennis met hun maakten en daar zij ook na
	Cassel moesten zo bleeven onze rijtuigen bij elkan-
230	der 't geen onze reis zeer veraangenaamde. Te
	½ 5 waren wij te Gutespach en te 8 uuren te Giesen
	waar wij overnachten en slegt gelogeerd waren.
	Ten 5 uuren vertrokken wij den andere morgen, zijnde
	22, van hier en bevonden ons te ½ 10 te Marburg
235	waar wij 't middagmaal hielden. Hier bezaagen
	wij de Lutherse kerk, een oud gebouw, dog merk-
	waardig wegens de graftombes van de land-
	graven van Hesse Cassel en wel bijzonder die
	van de landgravin Maria Elisabeth, zijnde
240	de tombe van massief silver zeer zwaar ver-
	guld en met diamanten en kostbaare eedele
	gesteente omzet. De persoon die ons dit liet
	zien begroote de waarde hiervan op 1 ½ million
	guldens. Deze schat word agter twee ijzeren
245	deuren voorzien van zwaare hangslooten
	en nog een ijzer hek (er) om heen bewaard. De
	environs van deeze stad zijn zeer schoon.
	Niet ver van de stad zijn twee heerlijke door
	de natuur gevormde cascades. Te 12 uuren
250	reeden wij van hier passeerde nog eenige 
	kleine dorpen en waren te 7 uuren te
	Jetsburg waar wij een slegt nagtverblijf
	hadden. Den
	23 vertrokken wij 's morgens ten 7 uuren van hier
255	
	                                                                      blz. 9
	en waren te ½ 10 te Waberen en te 12 in een klein
	dorpje waar wij het middagmaal hielden, Wij pas-
	seerde nog drie dorpen en bevonden ons reeds te
260	4 uuren te Cassel waar wij onze intrek namen
	in "d' hotel a l' Eleoteur" waar men zeer wel en 
	niet duur is. Den 
	24 's ochtends zagen wij de Parade, de Luthersche kerk
	en de geweezen Hofcapel die zeer schoon is en
265	waar verscheidene kunstige schilderstukken van 
	van Z. H. Tischbein hangen er word nog dagen-
	lijks mis in geleezen hoewel de tegenwoordige
	landgraaf en keurvorst gereformeerd
	is. De vorige landgraaf Frederic de 2de, wiens
270	standbeeld op 't midden van de  Fredericsplaats
	staat, is de stichter van deze capel waarin hij
	ook begraven is, alsmede van het museum. Na
[4]	den eeten wandelde wij na 't lusthuis Wilhelms-
	höhe bij 1 ½ uur gaans van  de stad  op een hoogte
275	aan de voet van de Carlsberg geleegen. Den
	25 wandelden wij 's morgens 9 uuren weder na
	Wilhelmshöhe. Hier gekomen zijnde resolveerde
	wij de Carlsberg te beklimmen op welke op welke kruin een 
	verbazend groot gebouw staat 't welk in een 
280	piramide eindigt waarop Hercules op zijn 
	knots rustende geplaatst is. Van de voet van
	de Carlsberg tot in de knots beklimd men een
	hoogte van 902 trappen. Het genoemde beeld
	is 32 voet hoog en 8 voet in den omtrek geheel
285	van koper zoowel als de piedestal. In de knots
	kunnen met 't grootste gemak 10 persoonen
	staan waaruit men zich eenig denkbeeld ma-
	ken kan van de enorme groote van dit beeld.
	
290	                                                                      blz. 10
	De groote cascade neemt derzelve begin op den top
	van de Carlsberg en heeft een val van 140 a 150
	voet. Men kon dezelve niet laten loopen uit hoofde
	van de vorst. Dog wij zagen de waltwasser cascade
295	lopen welke door een zeer breede rots van 70 voet
	hoogte geformeerd word waaruit het water op ver-
	scheide plaatsen voortkomt 't welk een verrukkend
	gezigt opleeverd te meer daar het zich voordoed als
	alleen door de natuur zonder behulp
300	van de konst voortgebragt te zijn. 't geen ons bovenal
	frappeerde was de aquaduct welke van een
	steilte van 104 voet leinregt na beneden stoot.
	Ook zagen wij de groote fontein springen welke
	het water 140 voet opwierp kunnende een
305	hoogte van 190 voet bereiken. Dog dit laatste 
	mag niet geschiede zonder dat de keurvorst 
	op 't slot is en daartoe zijn toestemming
	geeft.  't geen mede het geval is met de schoone
	cascade welke onder de Duivelsbrug loopt.
310	Wij bezigtigden ook de talrijke broeijereyen en
	stookkasten waarin de perzikke boomen reeds
	in vollen bloei stonden. Ook kon men reeds
	rijpe kersen plukken. Verder waren hier alle
	soorten van bloemen en vreemde gewassen.
315	De menagerie is zeer groot dog wij zagen
	er geen vreemd gevogelte als alleen goud en
	zilver lakense faisanten. In de hartekamp
	welke zeer mooi aangelegd is waren slechts
	twee harten. Dwars door de plaats loopt
320	een chausseé zoo dat men met rijtuig tot
	op den top van de Carlsberg kan komen.
	
	                                                                      blz. 11
	Ook is op het landgoed zelfs digt bij het slot een
325	zeer goede herberg waar men van alles krijgen en zelfs
	dineeren kan. Wij bragten deezen dag met 't grootste
	genoegen door en verlustigden ons in de aangenaame
	wandelwegen terwijl wij geduurig als opgetogen
	waren door de meenigten van heerlijk uitgestrekte
330	gezigten. In één woord om zig eenig denkbeeld van
	deeze betooverende oord te maken diend men
	er zich in persoon te bevinden of wel zijn toevlugt
	te neemen tot de omstandige, dog altoos onvolle-
	dige beschrijving die door W. Döring er van in 't
335	licht gegeeven is. Daar wij deezen dag zoo veel te
	bezigtigen hadden zoo bleef ons geen tijd overig
	om 't groote slot en de Löwenburg van binnen
	te zien. Wij troffen hier een Hollandsch heer van
	de Caap aan, die ons plaats in zijn rijtuig aanbood.
340	Daar wij nu zeer vermoeid waren accepteerden wij
	dit met genoegen en reeden om 4 uuren te
	samen weer na de stad. Dinsdag den
[5]	26 bezigtigden wij het museum 't geen dagelijks
	van 10 tot 12 te zien is. Het gebouw is nog nieuw
345	zeer schoon en behelsd een verzameling van enkele
	merkwaardigheden onder ander een bibliotheek
	bestaande uit circa 70.000 boeken welke alle in
	een superbe zaal die 't geheele front van 't
	gebouw beslaat geplaats zijn. Verders is er een
350	collectie van medailles, capellen, opgezette
	vogels en viervoetige dieren waar onder een
	oliphant, wild zwijn, leeuwin en twee tyggers,
	zijnde alle deeze dieren alhier in de menagerie
	geweest. Verder een cabinet van antiquiteiten
355	
	                                                                      blz. 12
	en kostbaarheden, ook van ertsen en steenen, een
	verzameling van ruines in en buiten Rome 
	zeer konstig van kurk gemaakt . Ook zagen
360	wij hier iets zeer merkwaardigs namentlijk
	een bibliotheek waarvan ieder boek van
	een different soort van hout alhier in 't land
	gegroeit gemaakt is, zijnde van binnen hol 
	en inhoudende 't blad de bloesem en vrucht
365	van dat hout. Zeer natuurlijk van wasch
	gemaakt. Verder is hier een verzameling
	van konstige uurwerken en automaten enz.
	Na de middag zagen wij de gallerij waar zeer
	schoone schilderstukken en verscheiden van 
370	de beste Hollandsche meesters zijn. Den
	27 bezigtigden wij 's morgens het keurvorstelijk
	slot 't welk een groot antiek gebouw is
	zowel van binnen als van buiten, dog voorlede
	jaar zijn eenige apartementen veranderd waar-
375	van wij er drie gezien hebben die zeer pragtig 
	en rijk zijn vooral de audientiezaal waarin
	een troon voor de keurvorst staat. Dit slot
	word alleen door de keurvorstin bewoond,
	hebbende de keurvorst zijn verblijf op Bellevue
380	een groot gebouw aan een adelijke famille
	toebehoorende. Eenige huislijke oneenigheden
	moeten aanleiding tot dit separaat woonen
	gegeeven hebben voor zo ver wij van een der
	hofpages hebben kunnen bemerken. Vervol-
385	gens gingen wij buiten de stad om het Oran-
	gerie palais de orangerie en het marmer
	bad te zien. Laatst genoemde is vooral
	
	                                                                      blz. 13
390	zeer merkwaardig, zijnde een groot vierkant ge-
	bouw van binnen geheel van marmer en met super-
	be marmeren beelden en basreliefs versierd
	alle door den beroemde beeldhouwer Monnot
	daartoe van Rome ontboden vervaardigd. Wordend
395	de som 't welk dit gebouw gekost heeft op 600.000
	daalders begroot. Men kan zich hier van een warm
	en koud bad bedienen dog de keurvorstelijke
	famille maakt er weinig of geen gebruik van.
	De voorjaarmes begon den 26 zodat wij het
400	juist troffen van dezelve bij te woonen. Er is hier
	in 't najaar nog een mes, dog geen van beide
	kunnen bij de Frankforter messe vergeleeken
	worden. Na den middag gingen wij na het mes-
	huis zijnde een groot gebouw waarvan twee
405	etages tot gaanderijen gemaakt zijn welke 
	vol kraamen zijn en waar men van alles koopen
	kan. Den
	28 wandelde wij 's morgens op de Parade en na
	den middag na 't park 't welk even buiten
410	de stad agter het Orangerie Palais ligt.
	Het zelve is zeer groot en aangenaam langs de 
	Fulda gesitueerd. Cassel is een schoone vroolijke
	stad en daar het een residentieplaats is en
	dus altijd een talrijk garizoen heeft zoo is het
415	er ook zeer levendig. De environs overtreffen alles
	en contribuëeren zeer veel om Cassel tot een der 
	der aangenaamste verblijfplaatsen van Duitsch-
	land te maken. Vrijdag den
	29 vertrokken wij 's morgens ½ 9 met de postwagen
420	van hier na Paderborn daar men ons aan
	het Posthuis verkeerd onderigt had. Zoo ver-
	
	                                                                      blz. 14
	namen wij niet voor dat wij reeds onderweg
425	waren van een der passagiers dat deeze wagen
	nagt en dag door reid dog toen was het te
	laat om van plan te veranderen. Hoewel wij
	beslooten er niet verder als tot Paderborn mee
	te gaan te meer daar deze wagen zeer slegt en
430	in de smaak van onze Gelderschen postwagens
	is. Te 12 uuren waren wij te Westuffel  en
	reeden om 1 uuren van daar. Te 4 uuren
	bevonden wij ons te Warburg en te 5 
	te Ossendorff . Te 6 uuren werder van daar en 
435	te 10 uuren arriveerden wij te Lichtenau
	en reeden om ½ 1 weder weg en kwamen te 
	½ 6 uur vermoeid en afgemat door het geweldige
	stooten van de wagen te Paderborn aan. Intuschen
	troffen wij het nog zeer gelukkig met de weg die
440	anders in deze tijd van 't jaar dikwijls bijna
	onbruikbaar is dog nu uit hoofde van de
	vorst redelijk goed was. Ook hadden wij vrij
	goed gezelschap. Men schijnt nu eindelijk 
	overtuigd te zijn van de noodzakelijkheid om
445	door 't grootst gedeelte van Wesphaalen chaussees
	te laaten maaken , zijnde met dit nuttig werk
	reeds een aanvang gemaakt. Te Paderborn
	namen wij extra post en reeden des morgens
	30 te ½ 9 af. Te 11 uuren waren wij in een klein
450	dorp waar wij iets nuttigden en bevonden
	ons te half 4 reeds te Lippstad. Hier logeerde
	wij bij de wed. Schluter bij wien men zeer
	wel is. Zondag den
	31 vertrokken wij 's morgens om 6 uuren met extra
455	
	                                                                      blz. 15
	post van Lippstad en waren te 12 uuren te Hul-
	drop. Te 3 uuren passeerden wij Ham en en bevon-
	den ons te 8 uuren te Kauwen waar wij zeer
460	slegt gelogeerd waren. Den
	1 april reeden wij 's morgens om 6 uuren van daar
	met het zelfde rijtuig van den voorigen dag
	't welk wij tot Dusseldorff genoomen hadden.
	Te 7 uuren waren wij te Unna . In de nabijheid 
465	van deze kleine stad zijn veel salines. ¼ over
	9 waren wij te Affelbach in den omtrek
	van welk dorp zich vele koolmijnen bevinden.
	Te ½ 1 waren wij te Heerdicke waar wij dineer-
	den. Te 2 uuren reeden wij weer af en passeerde
470	voor deze plaats de Roer. Te 3 uuren waren
	wij te Wieringhasenen , te  5 uuren te Ke-
	belsberg en te 7 uuren te Schwelm  waar
	wij overnachten. Den
	2 reeden wij 's morgens om 7 uure van hier en
475	waren te ½ 8 te Langenfeld,.  ½ 9 in de Gemaske
	en vervolgens te Erberfeld . De beide laatst ge-
	noemde plaatzen liggen slechts ¼ uur gaans
	van elkanderen en zijn zeer aangenaam tusschen
	bergen gesitueerd. Het getal der fabrieken hier is
480	zeer groot en de huizen zijn regulier gebouwd
	en veel beeter onderhouden als in de meeste Duitsche
	plaatzen die wij gezien hebben. In Erberfeld waar
	hier veele vermogende fabriquanten woonen zijn 
	voornamelijk een meenigte schoone gebouwen.
485	Wij hielden ons hier 1 ½ uur op en kwamen te 2
	te Metman alwaar wij dineerde. ½ uur gaans
	van deeze kleine stad is de Leanderhöhle welke 
	voor zeer bezigtingswaardig gehouden word dog
	wij hadden de tijd niet om er na toe te gaan.
490	½ over 2 reeden wij weer af en arriveerde te ½ 6  te Duss.
	
	                                                                      blz. 16
	5 april vertrokken wij 's morgens ½ 9 van Dusseldorff.
	Te 10 uuren passeerde wij Keyzerswerd. Te 11 Hoecken
495	en waren te 12 uuren te Duisborg waar wij in "De
	Goude Kroon" aan de publieke tafel aten. Te 2 uuren 
	reeden wij van hier en passeerde ¼ uur van deze 
	plaats de Roer. Te ½ 4 waren wij aan de Neue Müsse
	en te 7 uuren te Wezel waar wij in (de) "Römische Kaizer" 
500	logeerden, 't geen een zeer goed logement is. Den
	6 vertrokken wij 's morgens om ½ 5 met de postwagen
	van hier, passeerden ½ 7 Bieslig, 8 uuren Haffen,
	9 uur Rees, waar wij een half uur stil waren.
	½ 1 bevonden wij ons te Emmerich waar wij een
505	frugaal middagmaal hielden. Te ½ 2 reeden
	wij weer af en waren te 3 uuren te Elten. Hier
	bleven wij ½ uur en kwamen vervolgens om
	½ 6 te Zevenaar. Te 8 uuren in Westervoord en
	te 9 uuren te Arnhem. Wij namen hier onzen in-
510	trek in "Den Arend bij Dusautois" bij wien wij
	vrij goed gelogeerd waren. Den 
	7 vertrokken wij 's morgens 8 uuren per postwagen
	van hier en passeerde te ½ 10 Elsum, 10 uuren
	Kingkum, 11 uuren Wageningen en om 12 uuren
515	waren wij aan de Grep waar wij ½ uur bleeven om
	te eeten. Om 1 uur passeerden wij Rheenen, 2 uuren
	Amerongen, 3 uuren Wijk bij Duurstede en
	waren om 5 uuren aan 't Huis ten Helle en om
	7 uuren te Utrecht. Daar het hier den volgenden
520	dag paerdenmarkt was waren de logementen 
	zoo vol dat eerst na een uur door de stad overal ge-
	dwaalt te hebben wij in 't oude "Castel van Antwerpen"
	onderdak kwamen. Den
	8 vertrokken om ½ 10 met extra rijtuig van hier.
525	Te 12 uuren waaren wij te Oudewater, 1 uur te 
	Haasdrecht en om 2 uuren te Gouda, daar dineerden.
	Reden om ½ 1 af, passeerde Moordregt en arriveerden te
	6 uuren te Rotterdam.
    

Voetnoten:





Naar brieven index

<<< Terug <<<


hdebie45.deds.nl/Genea