Bron: FAW


Waarschijnlijk midden September 1779 geschreven brief van Lucia Maria (Luusje) de Jongh Raeber aan haar man, Daniel. Luusje logeert op dat moment met haar twee zonen (Wien ruim twee jaar oud en Daan 11 maanden) bij haar vader op Landgoed "het Loo". Zij zal in eind oktober van dat jaar bevallen van een derde zoon (Johannes)

Verklaring:
  • "mama": De schoonmoeder van Lucie Anna Geertruy de Jongh-Croll (1727-1811).
  • "moeder": haar eigen moeder (Catharina Johanna Baartmans 1727-1808).
  • "suster Jaantje": (Catharina Johanna Baartmans 1727-1808).
  • "broerFrisje": Frederik Hendrik Raeber(1761-1825), broer van Luusje.
  • ""oom": Waarschijnlijk Oom Daniel de Jongh woonachtig op het nabij het Loo gelegen Landgoed "De Rotterdamsche Kopermolen"
    
    
    		
    1		Waardste Schat
    		
    		Met een besonder verlangen zag ik U edele aengenaeme van den
    		11 deser tegemoet. Eensdeels om van U edele welstand verzekert te zijn
    5		en ten anderen mij tussen hoop en vrees bevindende aengaande
    		U edele antwoort op mijn propositie.  Nu kan U edele ligt oordelen van mijn
    		blijdschap bij het lesen van den zelven.  Allerbezonderst U edele goede
    		gezondhijt benevens die van onse waarde Mama , die ik verzoeke
    		Voor mij hartelijk te groeten en te omhelzen, daer uijt vernemende
    10		en het gene ik mij niet dorst voorstellen, U edele goedkeuring omtrent
    		mijn schikking. Ik had aan U edele geschreven Daantje lief dat nie-
    		mand hier van wist als oom en mijn intentie was wanneer U edele
    		mogt resolveren te komen om iedereen alhier daarmede te ver-
    		rassen maar onze waarde vader die zeer na U edele bijzijn telkens
    15		verlangt heeft hat dit plan ook reets bij zig selven gemaakt
    		en sprak mij er van waarop ik Sijn edele zeijde  het reets geschreven te
    		hebben, dat sijn edele zeer bezonder aengenaem was. Wat nu de komst van
    		Sijn edele tot onsent betreft, die zal in het najaar geen voortgang
    		hebben. Voor eerst begrijpt vader zelfs ,half november om de hout-
    20		verkoping weer thuijs moetende wesen, het niet der moeijte waardig
    		zoude zijn om of tot dissipatie of tot nut van Sijn edele waarde
    		gezondhijt te konnen dienen en aen de andere kant zal door
    		de verwagte komst van tante Fransje , vervolgens die van broer 
    		Frisje en U edele de tijt schielijk opkorten en daerom is Sijn edele geresolveert
    25		en heeft het mij vast belooft dese winter dan met U edele terug te 
    		reijsen en ons het plaisir aen te doen dan wat langer bij ons te
    		blijven.  Nu hoop ik schatlief gij ook zult resolveeren nog hier te
    		komen indien het weer, welk ik hope, favorabel blijft zal het ge-
    		zond voor U edele zijn en nog een uijtspanning en voor mij een aller-
    30		grootst genoegen en gerusthijt U edele de geheele rijs bij mij te hebben.
    		Maer dan is mijn vrindelijk verzoek U edele ten eersten met oom
    		gelieft te spreken om spoedig na zijn aenkomst te konnen ver-
    		trekken om dat ik ook niet laater als half october de rijs
    		durf te doen en U edele tog een dag of 8 hier dient uijtterusten.
    35		Vader heeft aen tante Fransje geschreven of Hare edele geliefde te
    		maaken den 1 october te Zeijst te zijn om dan met het wagentje
    		van oom en tante hier op het Loo te konnen retourneren. Maer
    		hier op heeft Sijne edele nog geen antwoort.  Suster Jaantje zal denkelijk
    		met ons na Rotterdam gaen en daer een weekje of 3 blijven
    40		en dan voor mijn bevalling of na den Haag of na Bodegraven
    		gaen het welk ik met vader overleijt heb zeggende aen Sijne edele wij
    		haer liever met de somer bij ons willen hebben omdat het ter-
    		wijl ik in de kraam leg niet goet convenieerde. Maer hierop heeft
    		Jaantje nog niets geschreven als dat zij graag voor november thuijs
    45		wilde zijn zo dat ik nog niet zeker weet of zij met ons mede gaen
    		zal. Dat U edele nog geen brief van tante gehat heeft komt dat
    		Hare edele niet wel geweest is, zijnde gelaten en een spaanse vlieg
    		geset. Maer is nu weder beter om welke reden vader ook liever
    		hat Hare edele thuijs kwam.
    50		    Over broertje Frisje zijn wij zeer ongerust geweest want zatuurdag,
    		so als U edele gemeldt hebbe te Deventer zijnde, vertelde ons de hospes
    		dat er een aanstekende ziekte te Harlingen regeerde zodat er 
    		op enen dag 27 menschen  en des zondags 17 begraven waren.
    		Maer een brief van Sijne edele ontfangende melde ons dat het de rode
    55		loop was waer aen dagelijks 10 a 12 storven en hij daerom met
    		Gratema de stadt verlaten en na Franeker vertrokken was waer 
    		hij een goede welstand genoot.  Zedert hebben wij geen schrijven
    		maer wagten hem haast thuijs omdat den 28 de vakantie uijt is.
    		Hebbe U edele niet eerder geschreven om uw niet ongerust te doen
    60		zijn.
    		Ik geniet met moeder suster Antje en onse lieve kindertjes door 's
    		Heeren segen een goede gesondhijt maer vader is weder een dag of
    		wat ongesteld geweest dog denke dat het nu wel weder schikken zal.
    		Nu ga ik over ter verder beantwoording van uw lieve brief verzoeken-
    65		de uw mama wel zeer te bedanken voor de genomene moeijte in het
    		huuren van de meijt. Ik ben blijde Hare edele nu van die last bevrijt is
    		en hope het goet zal uijtvallen en dat mama daer over geen
    		bekommernis hebben mag, want zo het al tegen viel zou Hare edele
    		het niet konnen helpen en men is er niet aengetrout.  Maer
    70		schrijf mij dog eens of se wat goet van humeur is en hoe out.
    		  Ik ben blijde dat mijn lieve Blauwoogje zo welopgepast wort.
    		Maar kan ik er wel staat op maaken ? Want vrees al was het
    		anders gij dog aen mij niet klagen zout.  Ik hope wanneer het
    		weer mogt veranderen gij U edele dog met kleden en dekken wel
    75		verzorgen zult. Voornamentlijk indien gij op rijs gaet.  Hoor je
    		liefje dat ik er vast staat op maak !
    		Weest zo goed en schrijf mij dog eens hoe of onse gehuurde minne
    		het maakt en hoe of Gorge vaart en of je ook iets van Bernardus
    		van Berken gehoort hebt.   Daer moet iets met hem gepasseert zijn
    80		daer oom over geconsulteert is maer die hout het heel stil.
    		 De heer en mevrouw van Wijngaarden zijn na Rotterdam
    		vertrokken en hebben mij gezegt U edele een visite te zullen
    		geven. U edele zal wel zo goet goet zijn Hunne edele af te wagten  om dat ik
    		daer beleefthijt genoten heb.
    85		Mijn journaal zal U edele in een volgende bij welzijn mede-
    		deelen omdat ik nu niet wel tijd heb.  Onse waarde 
    		ouders en suster Antje vermelden de hartelijke groetenis
    		aen U edele.  Ik omhelze U edele 1000 maal in gedagten en wen-
    		sche levenslang te verblijven.
    90		                                  Waardste schat.
    		                                                       U edele hartlijk liefhebbende
    		                                                        vrouw L.M. de Jongh
    		P.S. U edele moest de heer Ozij eens zeggen dat
    		hier een gedreseert hertje, dat aen het hof voor een wagentje 
    95		gelopen heeft, te koop is.  Sijne edele zou daer zomtijds wel toe incli-
    		neeren.  Uw gewenschte kleijne meijt houd zig redelijk zoet.
    		Adieu Daantje lief vaart wel.
    		
    		
    		
    		beantw: 21 Sept 1779
    
    




    Naar brieven index

    <<< Terug <<<


    hdebie45.deds.nl/Genea