Bron: FAW
1 Den 3 december 1787 Gisterenavond ontfing ik dese nevensgaande 5 insunuatie en also ik sie dat de andre heeren van de commissie tot het D-- W-- hebben beantwoord aan de eertste brief die ik aan mijn heer ook hebbe gegeven. So komt dat dog niet overeen met de belofte dat sij 10 ,so sij daar iets op antwoorden, aan mijn- heer 't souden laten weten om also te handelen. Nu sende ik dese alweer en met versoek om dog om Gods wille versigtig te weesen en de consent met die andren te handelen. Laten 15 alle plaisierpartijtjes daar niet mede egaal gestelt worden. Ik verseker uw weest op uw hoede het gaat er bitter toe in het land. Rekent eens hoe het te Utegt gaat. De Vroedschap gebannen de goederen geconfes- 20 keert. Ik verlang so om ook eens met mijn besten vriend te spreeken en og la ly. Ik kan daar niet toe komen. Wij sitten in de persen der verdrukkinge. Ik heb ene meyd, ben meest sukelijk, heb vanavond voor het eerst 25 weer wat trek tot eten. Also ik sedert gisteren morgen weer niets hadde geproeft. Ellendig .... mijn oude hooftpijn. S[waan] kan met de regter niets doen. Is als lam. Ik heb niets als dat sukkel van een meysje J-- ik moet alles 30 beredderen, schrijve dat het mij groen voor den ogen komt, dan de pot kooken, huishoudinge nasien. Heb aan S[waan] niets. Ik bidde de goeden God om gesontheid en de nodige ondersteuning blz. 2 in de post die ik moet waarnemen. Alles 35 komt op mij aan. Schrijf ik aan mijn beste vrient eens over het een en ander. Hij antwoord mij selvs niet eens op die saaken. Die denkt maar om sig te diverteeren en laat er s[aken] voor sitten. Als hij alleen nog maar dede dat hij gemakkelijk 40 konde doen. Wete niet beter of ik heb hem ook al geschreven wegens het huis te Deutekom dat daar 1000 g[u]l[den] voor was geboden dat Wanrooy best oordeelde dat het in publik wierd opgehangen. Al geen antwoord daar op. Nu moet ik vanavond 45 nog aan W[anrooy] daar op antwoorden. Ik schrijf ten minsten 2 maal in de week na suster om haar sentiment te vragen. Heb heden den taxatie ook overgesonden sonder die te copieren. Ik had geen tijt daartoe. Het doet mij een 50 onbegrijppelijk plaisir dat de P[atriotten] sig nog onder malkanderen diverteeren maar om Gods wille denkt ook om uw beste vrindin. Ik worde strak[s] nog gewaarschoud van wat te bergen. Dat op s[int] Nicolaas hier sal ge---d worden. Wij staan bovenaan. 55 16 huisen sullen dat ondergaan. Ik heb in al die tijt dat van C[ampen] ben gekomen geen ene nagt deurgeslapen. Altijt in vreese en nu lig ik daar over te malen hoe ik het sal maken. Heb geen mens daar mede raad kan nemen S[waan] is jong 60 en denkt dat sal so slim niet gaan. Nu met dat denken ben ik ook dikwils nog al weer wat gerust. Maar so het eens gebeurde ik geef mij in Gods hand over. Niets kan ons overkomen sonder sijn wil en hij kan ons bewaren en alle kwade raat- 65 slagen verijdelen. Ik heb nog niet in de kerk geweest blz. 3 Ook ben ik altijt siekelijk geweest. Ik ben door een gewesen burger luit[enant] ook nog gewaarschuwd. Ik sal alles na boven laten brengen so veel mogelijk is en dan 70 uit het huis gaan so het er op aan komt. Mijn besten effecten sijn uit het huis. Heden is Houssart beroepen en nog ene die de prins heeft laten stuiederen, weet sijn naam niet. J. Riesebos is weer los het kost hem wel 40 g[u]l[den]s 75 Hasebeek heeft 10 weken geseten op de Poort en is nog niet in 't verhoor geweest. Is so siekelijk daar geworden dat H[eyleggers] het aan de presidenten heeft aangegeven. Nu sal hij na 't Pesten- gasthuis. Zeemsmaker sit nog. Sal wel 80 na het spinhuis moeten. Harmen Groeve, hovenier sit ook en de Gijselinge heeft sig over de regering uitgelaten. Is beluistert en den andren dag na de gijseling gebragt. O God komt ons te hulp. Arme vlugtende mensen die 85 niets hebben en dat in het winter. Nu ben geresolveert so je uw besten vrient daar eens ook over wilt onderhouden om de rikkenge uit de weijde weg te breeken op B[ringreve] 25 g[u]l[den] nagels sijn dan nog gesoveert en de rikkinge kan het 90 geen volgend jaar uithouden. Is so bros als glas. Se haalen maar so alles weg. De armoede is groot en sal me[er] van blijven. Dan het volgende jaar dat land hooyen dan hebben geen rikkingen nodig en sullen meer van 't hooy maken als van vet wijden 95 en dan kunnen wel 25 g[u]l[den] onkosten daar aan doen met mesten, so se al een rok uitrekt. Sullen altijt meer van het hooy maken. De kooy eet weer redelijk en word goed. Ik hoop blz.4 aanstaande maandag na Z[utphen] te gaan 100 en dan komen wij bij uw. Dog so je het alleen dan nog wat kund redden was goed. Ik kome ten minsten weer in de stad. Het was goed dat je hier ook weer konde weesen dog tot nog toe sie ik het er niet op also men geen vreede heeft. 105 Voor een dag of 2 was Bosscha bij mij daar ik dan ook mede heb afgerekent. Ik sprak so over J[an] dat het so ongelukkig was reets so veel versuimd te hebben en nu nog na geen academie te kunnen gaan. Alles te sullen verleeren.Hij avoneerde mij 110 sulks volkomen en seyde het hoog tijt wierd dat de jonge lieden weer aan de gang kwamen. Sprak so over academies raaden ons seer aan dat Deuts academie van Göttirengen also daar een superbe onder was en nog te Ha[r]derwijk nog te 115 Franeker ons het soude durven aanraden also het daar was O[rangistisch]in den uitersten graad en so een jongeling sig seer ligt onverdagst soude kunnen verspreken en ongelukkig worden. Ook seyde hij het niets was dat so direct 120 van school na een academie ging dat, dat altijt eerst vreemt voortkwam en sig dat wel leerde. Uw besten vriend heeft al voor enige maanden geseyd dat Ooy[tin]k te koop was nu heb ik dat dan ook al aan dese en gene gesegt. 125 Daarop komt de boerin saterdag quasi vragen of sij koorn souden brengen. Ik seyde ja en of het nog so bleef dat wij dat willen verkopen. Ik seyde ja. Of sij dan het eerste bod mogten hebben ? De oude moeder wilde niet geern van de plaats. blz. 5 130 Nu wil uw goeden vrient door uw eens doen weten hoe veel het moet geeyst worden alles na rato van hetgeen het opbrengt. Dat is meer mans als vrouwenwerk. Ik was anders van sentiment om het door Bauer eens 135 so grosso modo te laten opnemen met moeder Lant en vader Lant. Wil dat ongewense- kelijk wesen antwoord mij hier eens op hoe uw vrient dat begrijpt. Nu eens, affaires daar gelaten, ik versoek ook te mogen weten of dat 140 van Sieberink eens ondersogt is. Hoe ver sig de Saleweert en 't Ralland sig uitstrekt. Kunt dat ook sien op de kaart die in het cabinetje leyd van 't Ros ? Het akkermaal- hout moet ook verkogt worden. 145 Daar slaat het nu al weer elf uur en ik moet nog 1 brief schrijven. Heb vandaag ook aan onze lieve J--je geschreven te C[ampen]. Kust de lieve D[oortje] voor mij als op de Eze komt. Het spijt ons dat S-- sijn proces verloren 150 heeft. Men mag sig wel wagten! Wee die sij een veer kunnen uit[trekken]. Alles is wel so op B[ringreve] als hier. S[ander] en M[ilia] bijde ook goed in order. Wij groeten de witte jassen. Bedanken voor de lekkere vis. Ik 155 heb de baars met 1 maar gegeten, .as extra vet. De platvisse ook goed, als brasem gegeten. Ik sende uw varkenscotteletten die alleen maar met wat peper en sout blz. 6 so op de rooster moeten gelegt worden. 160 Voorts een varkensworst die even gerookt is dog even goed daarom. Weten niet of ik een varken sal slagten. Mij dunkt haast van neen. S[waan] sal dat ook niet mogen eten. Cap[itein] van Rijs is er ook weer op R--. Te Zutphen 165 is alles als te L-- in de beste order. Alle goede vrienden groeten uw. Vanavond. hebbe G.J. Dumbar ook gesproken. Siet er weer wel uit. Je luyden wort vet nu so onbekommert leeft en hij sag er superbe uit. Anders is de 170 naarheid hier op aller wesens te sien. Groet alle bekende voor al mijn goede vrient A Jansen en J. Jansen. Die moest vooral niet hierkoomen. Hebbe vanavond nog gehoort dat sij hem een pak slaag toedagten. 175 Als ik alles wilde meld[en] soude ik tot morgen vroeg wel moeten deurschrijven. Omhelse uw beyden en ben met alle liefde in grote haast. T.T. die je kent 180 Sende 12 zakdoeken. 4 bonte t[he]edoekjes niet in de keuken te gebruiken! 2 calfscarbonade, 1 bukkink Hoope uw alles beter als mij sal maken. Adieu. Siet dog mijn brief van post tot post na en 185 ... het beantwoorden. Sij gode aanbevolen.