Bron: FAW
1 Seer Goede Vrient den 27 October 1787 U e[dele] sult sekerlijk mijne laa[t]ste wel ontfangen hebben waarin ik melde hoe het hier 5 aan huis had toegegaan. Alles liep den volgenden dag ook bij het vertrek wel af. Sedert dat vertrek hebben wij niet gedaan als smeer en vuiligheid weg doen. Str[ont] kalver etc., te vuil om hier verder van te verhalen. Door Gods groote goedheid ben ik redelijk tegenswoordig 10 met de mijnen, en alles verder wel. De eerste markt die dingsdag was, heeft G. de beesten alle verkogt aan enen koppel voor 18 g[u]l[den] en een sestehalf. Door malkanderen was niet heel duur, maar wij waren blijde dat se verkogt waren. Gedurig liepen 15 sij uit het lant willende in de weijde bij G. met gaan. Waren genootsaakt se weer in het andre lant te doen. Was al blijde dat gelt konde krijgen. Heeft daar nog veel [voor] moeten loopen, en het was hier so druk ik k[o]nde met hem daar ook 20 niet over kremeren en te sien of de volgende markt beter konden verkoopen was onse saak gans niet. Verder als ik het genoegen heb u te spreken hier over nader. Begrijp ligt dat alles dat U e[dele] hebt moeten verrigten seer aandoendelijk was, en de droefheid, weer 25 dede herleven. Hoope dat het alles tot genoegen van Uw e[dele] sal uitgevallen sijn, en hij gunst van sijn Coll. in het vervolg mag ondervinden en van alles nu wel sal voorsien sijn opdat diegene die er de nauwste betrekking op hebben, een gerustheid mogen 30 ontwaar worden dat sij alles wel hebben besorgt en hij enig gemak en verkwikking kan hebben so somtijts siek wierd. Omhelst hem nog hartelijk voor ons allen. blz. 2 Laat hij so dikwijls als mogelijk is schrijven. 35 Wilt dat tog belasten so je hem nog siet of hem schrijft, ik twijffel of U e[dele] mijn eerste brief wel hebt ontfangen ik kan uit uwe letteren niet opmaken dat je se gekregen hebt, want vinde op niets antwoord dat mij niet soude aanstaan. Also ik al mijn 40 wedervaaren en resolutie om hier na toe te gaan daar in melde, sij was ook aan van Reyn geadresseert. Ik ben nu redelijk wel na alle ongemene fatiques God heeft mij ondersteundt. Ik sal verder op hem hoopen. Dien heer soude best doen om weer hier 45 te koomen, also men hem anders so vlugtend[e] sal beschouwen, en een eerlijk man behoeft niet te vlugten. Ook sal de saak die tusschen hem en die bekenden gepasseert is, wel eens op sijnen hoogst geweest sijn. Sij hebben mij gegroet, en het discours dat 50 over haar gehouden is, d[o]or deen Dikken heb ik uw in mijn laa[t]ste gemeld. Op B[rinkgreven] loopt het gemeen en de soldaten selve tot in den hof dog doen geen kwaad. Gaan wel eens bij G. en steeken de pijp aan. Somtijts drie a dog niet sterker. Schieten de Duiven dood ! 55 Hoe kan ik die heer nu raden daar te gaan in so een geval. Hij kan gaan waar hij wil, hier of op B[rinkgreven] so hij niet vreesagtig is. Liefts dunkt mij ging ik na R[oss]. Daar gaat EAV. na toe met S[waan], so mogelijk is, binnen 2 dagen, om dat in order te brengen. So dat mevr EAW wel blijft. 60 M[ilia] Het jongste meydje is niet wel, hoope het sig sal schikken dat heeft vandaag gepurgeert. Ik sprak vandaag een van de vertrouwste vrienden van dien heer die somers logeert op die plaats daar die heer 's morgens met mij langs reed, [toen] nog seyde, so ik wist hij 65 daar was. Ik soude hem de dood van Schepper eens gauw blz. 3 communiceeren. Het hekken stont [toen] los. Die heer sijde tegen mij daar sullen aparent jagers door sijn gegaan. (Weet je nu wat voor een het is) Nu die verstandige man was van sentiment dat die heer na die plaats 70 met sijn vrouw moest gaan daar sij samen nog so veel te doen hebben, en daar die bijden trouwens na toe moeten. Warom daar niet gegaan ? De reden is er voor. Heeft daarom die saken absolut daar nodig en hij sijde dat men 75 in die stad geen mens een kwaad woord seyde. Sogten daar de luy aan te halen. Ik seyde dat ik van deen heer wel gehoort had. Dat hij daar niet wesen mogt om dat veel in huis soude moeten wesen, dog hij antw[oorde] 80 mij dat het nu geen tijt was om te seggen ik wil dat niet doen. Men moest nu van twe[e] kwaden een goeden kiesen. De jagt is in ...derlant gesloten x so dat oude nog jonge daar -- gebruik van kunnen maken. So de keus viel, nu na R[oss] te gaan. 85 Ik geniet nog al een redelijke rust, en ben tranquil. Beter als [toen] ik op een ander swerfde. Oost west en sut. Geen er op volgt is een waarheid, die ik ondervind al was het maar voor ene twe[e] dagen dat dien heer hier kwam. Konde dan vertrekken waar beliefde 90 evenwel wat was goed. Ik er hem er niet toe aansetten want als die snijdersjonge weer so veel uit en na de stad sal loopen, met sijn ronde hoet, so merken sij dat die heer in de nabijheid is op --- Ik sal egter op die laa[t]ste plaats, een bedje voor die heer 95 laten. Niet voor de snijder. Laat die, die nagt in het hooy slapen en sent dan G: na de plaats daar ik nu ben. Maar hoe sal die heer sijn reys nemen ? Wilt mij x) hier ook hoor ik blz. 4 so het mogelijk is sul[ks] melden. Ondertussen vind ik het best ik aan de menschen segge 100 dat samen na de stad gaan daar ik absolut wesen moet. Blijft dan op R[oss] so als dat dan goedge- vonden sal worden. Ik schrijf onbegrijppelijk voor iemande die er niet van weet, mais au bon enten d cur il ne faut qune de[m]ie parole. 105 Sl[oet]t is het bijna ook so gebeurd door die bekende bij uw en mij. Die hebben hem gesegt dat sij met hem niet in een geselschap konden wesen. Sij versogten dat hij sig retireeren mogt. Ging ook druipstaartende weg. Dog anderen sijn reets door 110 haar versogt. Sij wilden dog op 't wijnhuis bij haar lieden koomen. Al de burgers sijn even vriendelijk tegen ons. Ons wedervaart niets. Nog Sw[aan] ook niet. Wij gaan uit en in. Heb vandaag bij d[ominee] Zegerius, de Coll. Schepper, geweest, die hier is, Het eerste 115 weet je warom also ...... ..... niet geschreven had, wierd het tijt daar voor te sorgen. Dat sal wel gaan denk ik. De Coll. Schepper wilde ik spreeken wegens de obligatien die R Marten. mede heeft genomen. Anders had ik u menheer van avond daar nog over geschreven, 120 dog daar is geen swarigheid voor. Sullen die ten eersten weer krijgen. Adieu menheer wilt mijn alderbesten vriend van mijn lievde versekeren. God beware hem. Mijn kinder groeten Uw hartelijk en ik ben bij uw bekend. 125 TT Hoope alles wel sal afgelopen syen met het bal etc. x Als ik in uw plaats was logeer ik liefst in een kleyende logement. Onse buuren groeten mij en ik haar ook. Ik verwagt aanstaande [ding]stdag voor vast een brief 130 in uw post route, na wat - of verkosen wort. In groten haast moet nog meer schrijven en is 10 uur savonts sijt gode aanbevolen.