Brieven aan Dirk de Brauw. Bron:FAdJ Documenten/Mappen de Brauw/ Map-3-doc
pag. 1/6 01 Poerwakarta 22 maart [18]74 02 Lieve beste Dirk, 03 Een paar dagen geleden kregen wij van Heyliger je 05 laatste brief te lezen waarin ik zag dat je nu toch weer te Atjeh was. Ik hoop maar dat je nu niet meer ziek zult worden want ik kan mij 10 best begrijpen dat je het ple- zieriger vind te Atjeh te zijn danwel ziek te Padang. Jan Hagedoorn is ook ziek en zit nu ook te Padang. Hij 15 heeft erge koortsen gehad. Wij hebben hem vanmorgen geschreven om verlof aan te vragen om bij ons te komen logeeren. pag. 2/6 01 Het is hier een koel klimaat en hij zou hier gauw zijn krachten terug krijgen. Ik hoop dus maar dat het toegestaan 05 zal worden. Ik ben verlangend om te hooren of je reeds besloten hebt te Atjeh als vrijwilliger te blijven of terug te keren. Ruempol heeft ook 10 groote kans geloof ik om te blijven Marie vreest er ook hard ... Voor haar zou ik het gaarne zien dat hij terug kon komen want ik vind het vreesselijk 15 voor die arme Marie om zoo geheel alleen op Batavia te zijn zonder zuster of vriendin die haar nu en dan eens op zoeken. Was zij nu pag. 3/6 01 eenmaal niet gebrouilleerd met Jeanette dan zou zij daar noch eens wat aan hebben en nu heeft zij 05 niemand. Was Poerwakarta maar een weinig digter bij en koste het transport maar niet zoo ontzaggelijk veel geld dan zoude ik nog eens over 10 kunnen komen. Voor mij alleen zou ik altijd bij de De Peuly´s belet durven vragen en dan kon ik elken dag naar Marie gaan want bij 15 Marie logeeren zou ook niet gaan haar huis is daarvoor veels te klein. Toen ik met Ies te Batavia was had ik gaarne bij Marie willen blijven pag. 4/6 01 maar Ies wilde er volstrekt niet van hooren en nu kan het niet meer. Maar enfin wij willen er maar het beste 05 van hoopen. Zij heeft toch n[o]g- al ondervinding gehad dus zal zich wel weten te redden. Een maand geleden zoowat zijn Ies en ik voor acht dagen 10 te Batavia geweest. Marie had ons te logeeren gevraagd indien wij ons maar wilden behelpen en wij hadden het ook aaangenomen maar toen mevr[ouw] Beerensteyn 15 het hoorde heeft zij ons een groote kamer in haar huis afgestaan zoodat wij het heerlijk gehad hebben. Als gij Ruempol spreekt doe pag. 5/6 01 hem dan wel onze groeten en feliciteer hem nog met Marie´s verjaardag die den 26ste zal plaats hebben. 05 Wij wachten altijd nog maar tevergeefs op de uitbreiding [v]an de Waterstaat. Nu zegt men weer het in april gereed zal zijn terwijl het reeds met 10 january in had moeten gaan. Zij teuten er vreeseselijk mede. Het geeft ons honderd gulden meer in de maand dus geene kleinigheid he. 15 Van tante en Albert steeds goede berigten. De laatste vertrekt den- kelijk het laatst van april of begin mei met de Hydrograaf naar indie hij zal Tine dus 20 nog net aan kunnen treffen in Holland. Ik zou maar niet pag. 6/6 01 te Atheh blijven want dan zie je Albert niet ofwel hij moest ook op een schip te Atjeh geplaatst worden. de 05 kommandant van dat schip is Theodoor de Brauw, zoon van neef Maurits uit den Haag. Wat een ongelukken hebben die kinderen van neef gehad in de laatste tijd. Eerst hunne moeder verloren toen dat regtsgeding met hunne ooms de Gijzelaar en nu hun vader gestorven. Wat is die arme neef neef plotseling gestorven niet waar. Het is vreesselijk om te denken hoe gauw de dood je soms overvallen komt. Van mama Hagedoorn steeds goede berigten. En nu beste Dirk schrijf ons dikwijls Vele groeten van Ies en je liefh[ebbende] zus Antoinette